De Nederlandse economie kan bij uitstek profiteren van productiviteitsverhogende innovatie. Deze ‘robotisering’ leidt tot nieuwe kansen voor zowel werkgevers als werknemers. Robots verstevigen de concurrentiepositie en verhogen de welvaart, door het verhogen van onze productiviteit per gewerkt uur. Dit blijkt uit een analyse van het ING Economisch Bureau. Respondenten van de ING Vraag van Vandaag geven aan veranderingen op de arbeidsmarkt te verwachten. Bang dat robots massaal hun baan over gaan nemen, zijn zij niet. Bijna driekwart van de respondenten is neutraal tot positief over de invloed van technologie op hun baankansen.
Ons relatief hoge welvaartsniveau komt voort uit een hoge productiviteit per gewerkt uur. Van deze productiviteit zal afhangen of we in de toekomst verder zullen groeien, want naar verwachting zal het aantal gewerkte uren slechts beperkt stijgen in de komende decennia. “De inzet van robots helpt ons om de economische groei op peil te houden, door het verder verhogen van de productiviteit per gewerkt uur”, aldus Marieke Blom, hoofdeconoom ING Nederland.
Recent betoogden een aantal wetenschappers nog dat de helft van het aantal banen op termijn verloren zou gaan door robotisering van de arbeidsmarkt. Deze waarschuwing is niet nieuw. Wat hierbij uit het oog wordt verloren is de mate waarin technologie zorgt voor nieuwe behoeftes onder consumenten en bedrijven, wat weer leidt tot nieuwe werkgelegenheid om aan die behoeftes te kunnen voldoen. Blom: “Denk hierbij aan ict-medewerkers, social media managers, of de game-industrie. Allemaal beroepsgroepen die dertig jaar geleden niet of nauwelijks bestonden, maar inmiddels gemeengoed zijn geworden.”
In het verleden heeft de Nederlander al laten zien nieuwe technologie gretig te benutten. We zijn koploper in het aantal huishoudens met een breedbandinternetaansluiting en we kopen relatief veel online. Ook doet ons bedrijfsleven relatief veel aan technologische innovatie. En we zijn wereldwijd het vierde land voor wat betreft de kwaliteit van de digital infrastructuur en de vaardigheid om informatietechnologie te gebruiken om economische groei en welvaart te stimuleren. Daarnaast volgt 40% van de jongere Nederlanders hoger onderwijs en daalt het aandeel laagopgeleiden binnen de beroepsbevolking snel. Deze combinatie van capaciteiten en aanpassingsvermogen maakt dat Nederland de kansen die technologie ons biedt goed kan benutten,” aldus Blom, “Zowel op de arbeidsmarkt, in de industrie, in de dienstensector als in het dagelijks leven.”
.
Op macroniveau lijken de kansen dus gunstig, maar belangrijk is ook hoe de Nederlander er zelf over denkt. Dat blijkt positief: bijna driekwart van de respondenten op de Vraag van Vandaag zien technologische ontwikkelingen als positief of neutraal voor de eigen kansen op de arbeidsmarkt. Verandering in werkzaamheden vindt bijna de helft positief, tegenover 28% negatief. We krijgen ook steeds meer ervaring in het wisselen van werkomgeving, berichtte het CPB al eerder. Ook bijleren voor het werk wordt gewaardeerd. Meer dan driekwart van de respondenten (78%) vindt dit meestal leuk, tegenover slechts 9% die als minder prettig ervaart. “Nederland én de Nederlanders zijn klaar voor verandering. Als we de robot zien als metgezel in plaats van bedreiging, liggen er mooie kansen in het verschiet,” aldus Blom.
Ons relatief hoge welvaartsniveau komt voort uit een hoge productiviteit per gewerkt uur. Van deze productiviteit zal afhangen of we in de toekomst verder zullen groeien, want naar verwachting zal het aantal gewerkte uren slechts beperkt stijgen in de komende decennia. “De inzet van robots helpt ons om de economische groei op peil te houden, door het verder verhogen van de productiviteit per gewerkt uur”, aldus Marieke Blom, hoofdeconoom ING Nederland.
Recent betoogden een aantal wetenschappers nog dat de helft van het aantal banen op termijn verloren zou gaan door robotisering van de arbeidsmarkt. Deze waarschuwing is niet nieuw. Wat hierbij uit het oog wordt verloren is de mate waarin technologie zorgt voor nieuwe behoeftes onder consumenten en bedrijven, wat weer leidt tot nieuwe werkgelegenheid om aan die behoeftes te kunnen voldoen. Blom: “Denk hierbij aan ict-medewerkers, social media managers, of de game-industrie. Allemaal beroepsgroepen die dertig jaar geleden niet of nauwelijks bestonden, maar inmiddels gemeengoed zijn geworden.”
In het verleden heeft de Nederlander al laten zien nieuwe technologie gretig te benutten. We zijn koploper in het aantal huishoudens met een breedbandinternetaansluiting en we kopen relatief veel online. Ook doet ons bedrijfsleven relatief veel aan technologische innovatie. En we zijn wereldwijd het vierde land voor wat betreft de kwaliteit van de digital infrastructuur en de vaardigheid om informatietechnologie te gebruiken om economische groei en welvaart te stimuleren. Daarnaast volgt 40% van de jongere Nederlanders hoger onderwijs en daalt het aandeel laagopgeleiden binnen de beroepsbevolking snel. Deze combinatie van capaciteiten en aanpassingsvermogen maakt dat Nederland de kansen die technologie ons biedt goed kan benutten,” aldus Blom, “Zowel op de arbeidsmarkt, in de industrie, in de dienstensector als in het dagelijks leven.”
.
Op macroniveau lijken de kansen dus gunstig, maar belangrijk is ook hoe de Nederlander er zelf over denkt. Dat blijkt positief: bijna driekwart van de respondenten op de Vraag van Vandaag zien technologische ontwikkelingen als positief of neutraal voor de eigen kansen op de arbeidsmarkt. Verandering in werkzaamheden vindt bijna de helft positief, tegenover 28% negatief. We krijgen ook steeds meer ervaring in het wisselen van werkomgeving, berichtte het CPB al eerder. Ook bijleren voor het werk wordt gewaardeerd. Meer dan driekwart van de respondenten (78%) vindt dit meestal leuk, tegenover slechts 9% die als minder prettig ervaart. “Nederland én de Nederlanders zijn klaar voor verandering. Als we de robot zien als metgezel in plaats van bedreiging, liggen er mooie kansen in het verschiet,” aldus Blom.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten