donderdag 30 januari 2020

Robots kunnen nu ook zweten

Robots worden over het algemeen gemaakt uit metaal en motoren. Daardoor kunnen ze makkelijk oververhit raken, en stoppen met functioneren. Om dat euvel de wereld uit te helpen, hebben onderzoekers van de Cornell University nu een zachte robothand gecreëerd dat zichzelf op dezelfde manier kan afkoelen als de mens – namelijk door te zweten

woensdag 29 januari 2020

Nieuwe RobotHUB is thuisbasis voor jong technisch talent

In Eindhoven vind je vanaf nu ook een echte RobotHUB. Jongeren met technisch talent en interesse in robotica kunnen gratis gebruik maken van een werkplaats met lasersnijder, 3D-printers en andere apparatuur. De RobotHUB is te vinden in de techniekwerkplaats van TechPlaygrounds aan de Lindelaan 1B. Dit nieuwe initiatief krijgt (financiële) steun van de gemeente Eindhoven, Brainport Eindhoven, NTS en ASML.

Wethouder Stijn Steenbakkers: “Geld of schooltype is hiermee geen belemmering meer om aan de slag te gaan met robotica en techniek. Jeugd en jongeren die binnen hun school niet mee kunnen doen aan een robotteam, kunnen zich aansluiten bij een van de teams die vanuit de Tech Playgrounds in landelijke competities uitkomen. Dat is belangrijk voor de ontwikkeling van hun talent zelf, maar ook voor onze regio, die zoveel talent tekort komt."

Dynamo Jeugdwerk bouwt sinds vier jaar samen met bedrijven, gemeente en Brainport Eindhoven binnen de Tech Playgrounds aan een sociale infrastructuur, waarin iedereen van 7-27 jaar aan de slag kan met techniek. Het stimuleren van talentontwikkeling, bouwen aan zelfvertrouwen en samenwerken met gelijkgestemden heeft in de regio al geleid tot 13 wekelijkse werkplaatsen. Ook zijn er geregeld pop-up werkplaatsen op scholen. Jeugdwerkers en technische vrijwilligers begeleiden de jeugd en jongeren. Doel is om techniek als hobby net zo normaal te maken als voetbal.

dinsdag 28 januari 2020

s Werelds grootste hexapod


In deze video maken we wederom kennis met Matt Denton en zijn gigantische hexapod, treffend Mantis genaamd. Met een gewicht van bijna 2.000 kilo is het een monsterlijk gevaarte waarin je als een koning kunt rondlopen. Hij slurpt diesel als een bezetene, maar ziet er wel zeer indrukwekkend uit.

VUB-wetenschapper ontwikkelt zelfhelende robots

Mens en robot werken vandaag alsmaar meer samen op de werkvloer en ernaast. Om die samenwerking zo veilig mogelijk te maken voor mensen en voor het werk dat ze doen, worden steeds vaker zogenaamde ‘soft robots’ ingezet, die gemaakt zijn uit flexibele en zachte materialen. De zachte materialen maken deze robots evenwel zeer kwetsbaar voor schade door scherpe voorwerpen of overmatige druk. De reparaties die nodig zijn om die robots weer aan het werk te krijgen kosten vaak veel tijd of geld, waardoor  beschadigde robots vandaag nog vaak bij het vuil belanden. Voor zijn doctoraat aan de VUB ontwikkelde Seppe Terryn onder begeleiding van promotoren prof. Guy Van Assche en prof. Dirk Lefeber met zelfherstellende polymeren voor robots nu een oplossing door dit probleem.

Een snee, een spierscheur of zelfs een breuk, van al deze verwondingen kunnen mensen op termijn zelf herstellen.  Aan de VUB zoekt men naar dezelfde soort van zelfhelende eigenschappen voor de schadegevoelige soft robots. Seppe Terryn licht toe: ‘Vergelijk zelfherstellende materialen gerust met onze huid. Als we ons kwetsen met een scherp mes, starten in ons lichaam meteen allerlei processen om de wonde te genezen. Het bloed stolt, het immuunsysteem wapent zich tegen infecties en nieuwe huidcellen doen de wonde dichtgroeien. Zelfhelende materialen doen iets soortgelijks. Als ze beschadigd raken, herstellen ze zich onder invloed van licht of warmte tot ze hun oorspronkelijke staat hebben bereikt. Ze worden nu al gebruikt in coatings van bepaalde (dure) wagens die krassen automatisch wegwerken. Maar ook voor soft robots bieden ze een interessante oplossing.’

Terryn ontwikkelde daarom een speciaal materiaal dat bestaat uit rubberachtige polymeren met een ingebouwde helende capaciteit die in werking treedt na opwarming.  ‘Het polymeer is op microscopisch niveau te vergelijken met een 3D spinnenweb. Als de robot zichzelf snijdt, breekt het web. We kunnen het herstellen door het polymeer op te warmen tot 80 graden Celsius. Bij die temperatuur komen er knooppunten in het spinnenweb los en verhoogt de mobiliteit van het polymeer, waardoor de snee zich vult. Wanneer het materiaal terug afkoelt, vormt het spinnenweb zich opnieuw en is de kwetsuur verdwenen. Na veertig minuten is de breuk gedicht en na een nachtje is de robot zo goed als nieuw. Dankzij deze oplossing is een kapotte robot geen ramp meer, wat vandaag door ingewikkelde reparaties nog wel het geval is,’ legt Terryn uit. 

De onderzoeker testte zijn zelfhelende materie op drie kwetsbare onderdelen van soft robots: een grijper, een robothand en een kunstmatige spier. In deze veerkrachtige, op luchtdruk werkende onderdelen werden gecontroleerd beschadigd aangebracht. Wat blijkt? De realistische schade kon volledig worden hersteld, zonder zwakke plekken achter te laten en vervolgens konden de robots hun taken weer volledig opnemen.

Dit unieke onderzoek maakt deel uit van een grootschaliger internationaal samenwerkingsverband tussen VUB, University of Cambridge, L’Ecole Supérieur de Physique et de Chimie Industrielles de la ville de Paris (ESPCI-Paris), de Swiss Federal Laboratories for Materials Science and Technology (Empa) en de Nederlandse polymeerproducent SupraPolix dat vorige zomer nog 3 miljoen euro Europese steun ontving. Het einddoel van deze prestigieuze samenwerking is een robot bouwen die zelf via sensoren of software schade aanvoelt en zichzelf dan gaan herstellen.

vrijdag 24 januari 2020

Meer dan éen op de drie Nederlandse bedrijven wil in 2020 meer robots inzetten voor gevaarlijke en terugkerende taken

De toenemende automatisering van de werkplek zal ook in 2020 een belangrijke trend blijven. Dat heeft vooral te maken met de opkomst van nieuwe innovaties en robots die meer rollen gaan overnemen van werknemers. Van het fabriceren van producten tot het verwerken van grote hoeveelheden getallen – slimme machines zullen steeds meer aanwezig zijn in het bedrijfsleven.

Dat blijkt uit onderzoek van reichelt elektronik, in samenwerking met OnePoll, onder 200 Nederlandse zakelijke beslissers over automatisering in hun organisatie. Hiervan gaf 45 procent aan nu al robots voor verschillende rollen te gebruiken en 55 procent verwacht in de komende twaalf maanden nieuwe technologie aan te schaffen voor verdere automatisering.

Het verhogen van de productiviteit (50 procent) en werknemers zware of gevaarlijke taken uit handen nemen (45 procent) waren de belangrijkste redenen die de beslissers gaven om meer taken en processen te automatiseren. Bedrijven zijn zich er al lang van bewust dat automatisering bij herhaalde taken veel tijd kan besparen ten opzichte van de tijd die medewerkers aan een taak spenderen. Daarnaast dalen de kosten van de technologie, waardoor automatisering een stuk toegankelijker wordt.

Bijna de helft van de bedrijven die nu gebruikmaken van robots of automatisering doen dit vooral om hun werknemers te beschermen tegen fysiek gevaarlijke taken. De respondenten maken zich echter wel zorgen over meer automatisering in het bedrijfsleven. 46 procent is van mening dat de aankoopkosten niet kunnen opwegen tegen de voordelen van de nieuwe machinemedewerkers en 33 procent zegt bezorgd te zijn over de compatibiliteit met de bestaande systemen in het bedrijf. Zelfs al zegt een vijfde van de bedrijven, die gebruikmaken van robots of automatisering, dit juist te doen om hun werknemers beter te kunnen opleiden of omscholen.

Als het gaat om automatisering, voegen bedrijven de daad bij het woord, met speciale budgetten voor robotwerknemers in 2020. Meer dan 95 procent van de respondenten zeggen dat er budget is voor automatisering, waarbij een kwart zegt dat dit cijfer tussen de 50.000 en 100.000 euro ligt.

Meer dan de helft koopt de hiervoor benodigde apparatuur liever bij de fabrikant en 35 procent bij de distributeurs. Technische ondersteuning en advies is een prioriteit voor kopers (54 procent), de mogelijkheid om naast het product onderhoudsdiensten af te nemen komt op de tweede plaats (49 procent). Uit het onderzoek van reichelt elektronik blijkt dat er een duidelijke vraag is naar automatisering in de industrie en dat distributeurs daarom ook aanvullende apparatuur en reserveonderdelen moeten leveren om ervoor te zorgen dat deze nieuwe technologieën naar behoren worden geïntegreerd met de huidige systemen.

woensdag 22 januari 2020

PigeonBot: een robot die vliegt als een duif



Wetenschappers verbonden aan de Stanford University doen onderzoek naar de manier waarop vogels zichzelf in de lucht houden, een gegeven waar de mensheid zich al duizenden jaren over verbaast. Met dat doel ontwikkelde men de PigeonBot, die aan iedere vleugel twintig echte duivenveren heeft.

dinsdag 21 januari 2020

Basisschoolkinderen hebben baat bij leren met een sociale robot

Hardop uitleggen wat je leert aan jezelf of aan een ander leidt tot een beter begrip van het onderwerp, zo blijkt uit onderzoek. Maar in situaties waarin je zelfstandig aan het werk bent, is het niet heel intuïtief om iets uit te leggen. Onderzoekers aan de Universiteit Twente ontdekten dat basisschoolkinderen beter kunnen uitleggen wat ze aan het bestuderen zijn door te leren sámen met een robot. Frances Wijnen, één van de betrokken ELAN-onderzoekers: “Uit onze studie mogen we concluderen dat sociale robots potentie hebben om het leren van kinderen op nieuwe en positieve manieren te ondersteunen.”

Een sociale robot zou volgens Wijnen kunnen helpen bij het hardop uitleggen wat je leert terwijl je toch alleen bent. “Tijdens onze studie hebben we de ZENO-robot gebruikt, die in staat is allerlei gezichtsuitdrukkingen te laten zien, te zwaaien, te kijken en te praten. Door zijn sociale gedragingen is Zeno in staat mensen sociaal te ‘triggeren’.” 

Uit de resultaten van de studie blijkt dat kinderen langer uitleggen wanneer ze samenwerken met een robot, dat ze meer relevante informatie benoemen en dat ze meer verbindingen leggen tussen relevante stukken informatie. “Dit is interessant” zegt Frances, “omdat in beide condities (één met de ZENO robot en één met een tablet) de taak en de interactie hetzelfde was.” De kinderen konden in beide condities hun uitleg verbaal geven en de robot en tablet reageerden op dezelfde manier. Toch waren kinderen die samenwerkten met de robot meer gedetailleerd en volledig in hun uitleg. Dit is een indicatie dat ze het onderwerp beter begrijpen.

Welke aspecten van de robot kinderen motiveert om beter uit te leggen, zal nader onderzoek moeten uitwijzen. Deze resultaten wijzen er in ieder geval op dat sociale robots potentie hebben om het leren van kinderen op nieuwe en positieve manieren te ondersteunen. 

Om te bepalen of een sociale robot beter in staat is om kinderen te motiveren uit te leggen wat ze aan het leren zijn, hebben we twee condities met elkaar vergeleken. In de controle-conditie werkten de kinderen met een computersysteem die gecontroleerd werd door een tablet. In de experimentele conditie werkten de kinderen met hetzelfde computersystem, maar nu was dit systeem uitgebreid met de ZENO-robot. De deelnemende kinderen kregen een leertaak waarbij ze gingen onderzoeken hoe evenwicht werkt met behulp van een evenwichtsbalk. Op deze evenwichtsbalk konden de kinderen potjes zetten van verschillend gewicht. Ook kon de afstand tot het middelpunt van de balk worden gevarieerd. Vervolgens werd hen gevraagd om, afhankelijk van de conditie waarin ze zaten, hun bevindingen uit te leggen aan de ZENO-robot of de tablet.

Het onderzoek is uitgevoerd door onderzoekers van de vakgroep ELAN (lerarenopleiding) en de vakgroep HMI van de Universiteit Twente. Het artikel waarin de opzet en resultaten van deze studie worden gepresenteerd is verschenen in het tijdschrift: Transactions on Human-Robot Interaction.

maandag 20 januari 2020

Melkrobot helpt bij het fokken van probleemloze koeien

Schommelingen in melkproductie gemeten door melkrobots kunnen worden benut om koeien te fokken die beter tegen problemen kunnen. Koeien met minder schommelingen zijn gezonder, veerkrachtiger en leven langer.

Onderzoekers stelden op basis van productiegegevens van zo’n 200.000 koeien vast dat er genetische verschillen zijn tussen koeien in de variabiliteit van hun melkproductie. “De productie van de ene koe schommelt enorm van dag tot dag, terwijl de productie van de andere koe stabiel is,” vertelt Marieke Poppe. Zij is onderzoeker bij Wageningen Livestock Research. “We zagen dat koeien met een genetische aanleg voor een stabiele melkproductie vaak ook een genetische aanleg hadden voor een goede uiergezondheid en weinig metabole problemen, zoals slepende melkziekte. Ook leefden koeien met een stabielere productie langer.”

Omdat er genetische verschillen zijn tussen koeien, is het mogelijk om op minder schommelingen in melkproductie te fokken. Poppe voegt toe: “Dagelijkse melkproductiegegevens kunnen ons dus helpen om veerkrachtigere koeien te fokken die beter tegen een stootje kunnen.”

De onderzoekers leggen uit waarom schommelingen in melkproductie iets zeggen over het vermogen van koeien om met problemen om te gaan. “Als een koe te maken krijgt met een ziekte of andere complicatie, zal haar productie tijdelijk zakken. Dit is vergelijkbaar met mensen: als wij ziek zijn, doen we het ook tijdelijk wat rustiger aan. Zulke kortstondige productiedalingen uiten zich als schommelingen in melkproductie, en die zie je dus minder bij koeien die goed kunnen omgaan met stressfactoren.”

Tot voor kort waren voor genetisch onderzoek enkel melkproductiemetingen beschikbaar die eens in de 3-6 weken werden gedaan. Hierdoor was het tot dan toe niet mogelijk om te kijken naar variatie in productie van dag tot dag. Onderzoeker Han Mulder: “Met het beschikbaar komen van dagelijkse productiemetingen door melkrobots, kregen we een unieke kans om kortstondige productieschommelingen te bestuderen als maat voor ‘probleemloosheid’ of ‘veerkracht’ bij koeien.”

maandag 13 januari 2020

Met robotica de strijd aan tegen borstkanker

Vincent Groenhuis ging als promovendus op de Universiteit Twente vier jaar lang de strijd aan tegen borstkanker. Met verschillende prototypes van 3D geprinte biopsierobots bewees hij het leed van de patiënt te kunnen verzachten en bovendien borstkankeronderzoek nauwkeuriger en efficiënter te maken. Groenhuis promoveerde cum laude op 9 januari. Zijn missie zit er nog niet op.

Borstkanker is nog altijd de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. Door een naald in de borst te plaatsen en te navigeren naar het afwijkende weefsel (laesie), is het mogelijk een weefselsample te verkrijgen. Na ziektebeeldanalyse is een goede diagnose mogelijk, ook wel een biopsie genoemd.

Nauwkeurige navigatie van de biopsienaald is essentieel voor het bestrijden van borstkanker en alle andere soorten kanker. Door het gebruik van speciale naalden, waarvan de tip erg warm kan worden (thermo-ablatie) of erg koud (cryo-ablatie), is het mogelijk tumorcellen dichtbij de tip van de naald te vernietigen. Zo wordt kanker behandeld zonder ingrijpende chirurgische ingrepen.

Voor het zeer nauwkeurig opsporen en visualiseren van de locatie van afwijkend weefsel bieden MRI-scanners de uitkomst. Maar de nauwkeurigheid van de handgestuurde naald is niet optimaal. Robotica is de oplossing, zo toont Groenhuis in zijn proefschrift nog eens aan, maar de aanpak vergt veel expertise. “Niet alle robots zijn een succesvolle combi met MRI-scanners. Robots bestaan vaak uit metaal en dat gaat niet samen met de sterke magnetische velden van MRI-scanners”, vertelt hij.

Groenhuis onderzocht tijdens zijn promotieonderzoek verschillende robotica-opties en ontwikkelde enkele prototypes. Eerder werkte hij al aan de Stormram en Sunram robots, waarvan er inmiddels vijf zijn. De nieuwste is de Sunram 5. MURAB is een andere onderzoekslijn dan Stormram/Sunram. Van MURAB is er één echte robot. Beide lijnen zijn naast elkaar ontwikkeld met elk een geheel eigen filosofie. In zijn proefschrift omschrijft hij beide projecten.

MURAB (MRI and Ultrasound Robotic Assisted Biopsy) is een robot buiten de MRI-scanner die ultrasound, MRI, elastografie en computer vision combineert om op basis van een patiëntspecifiek model de juiste strategie voor biopsie uit te voeren. Daarbij houdt de robot rekening met vervormingen. Meer uitleg in onderstaande video.

Voorganger Stormram is van plastic, is 3D-geprint en wordt aangedreven door luchtdruk. Het voordeel van plastic is dat de robot in de MRI-scanner kan worden gebruikt. De robot won eerder een prestigieuze prijs tijdens de Surgical Robotic Challenge op het internationale Hamlyn Symposium in London. Een van ‘s werelds belangrijkste evenementen op het gebied van roboticachirurgie.
De Stormram is een impuls voor de gehele diagnostische fase van borstkanker. Door de nauwkeurige naaldbediening, zo goed als realtime scanning met behulp van MRI en een enkele dunne naaldbiopsie waardoor sneller en nauwkeuriger diagnose gesteld kan worden.

De Stormram wordt aangedreven door rechtlijnige en gebogen luchtdrukmotoren. De robot wordt met slangen van 5 meter lang buiten de MRI-scanner bestuurd. Het ontwerp is kleiner dan de vorige versie, zodat het in de smalle tunnel van de MRI-scanner past.

Groenhuis is tevens betrokken bij Machnet Robotics, een nieuwe spin-off van de UT die een robot voor MRI-gestuurde biopsies op de markt brengt. De basis voor deze robot ligt bij de onderzoeksgroep van Stefano Stramigioli, die als hoogleraar Advanced Robotics zich bezighoudt met de ontwikkeling van medische robots. Françoise Siepel en Vincent Groenhuis zijn binnen deze groep samen met Stramigioli de uitvinders van de technologie achter de nieuwe biopsierobot. Hiervoor is octrooi verkregen. Groenhuis blijft verder ook na zijn promotie verbonden aan de UT. “Ik werk nog aan een onderzoeksproject over een veelbelovend nieuw type motor met bijzondere eigenschappen. Mijn werk zit er nog lang niet op”, besluit hij.

'VS houden Chinese drones permanent aan de grond'

De Amerikaanse regering is zo bang voor spionage uit China dat het alle drones van Chinese makelij aan de grond houdt. Het ministerie van Binnenlandse Zaken zet de bijna duizend drones die het heeft in opslag. Het ministerie wil het risico niet lopen dat China spioneert via de drones. De VS zijn bang dat opnames die de camera’s op drones maken uiteindelijk in China belanden. In oktober besloot het ministerie al om de drones in ieder geval tijdelijk niet meer te gebruiken.

Robotstofzuigers van Roomba kunnen in de toekomst armen krijgen

iRobot, het bedrijf achter de populaire Roomba-robotstofzuiger, laat weten dat er aan een versie van de stofzuiger met armen gewerkt wordt. De fabrikant stelt zich een toekomst voor waarin de robot je kan helpen met complexere taken die minstens net zo vervelend zijn om te doen als stofzuigen. Dan moet je denken aan taken als de was doen, eten uitserveren en afwassen.

vrijdag 10 januari 2020

Drones inspecteren Rotterdamse bruggen

De gemeente Rotterdam zet als proef drones in om bruggen vanaf het water te inspecteren. Deze aquadrones maken een scan van de onderkant van de brug, zodat mogelijke schade of slijtage later in een 3D-model nauwkeurig is terug te zien.

De proef vindt nu plaats met kleinere bruggen, bij onder meer Het Park bij de Euromast en de Crooswijksebocht. Bij goede resultaten worden de drones mogelijk ook ingezet bij grotere objecten.

De aquadrone wordt op afstand bestuurd en kan via het water op moeilijk toegankelijke of onbereikbare plaatsen onder de brug komen.

De drone maakte duizenden foto's van de brug en zorgt dat elk hoekje op de foto staat. De foto's worden gebruikt om een 3D-model van de brug te maken.

woensdag 8 januari 2020

Uitgaven aan drones en robots naar 128,7 miljard dollar

De uitgaven aan robotsystemen en drones bedragen 128,7 miljard dollar dit jaar, zo heeft IDC berekend, 17 procent meer dan in 2019.

In 2023 gaat het al om een bedrag van 241 miljard dollar. Het gros daarvan, zo’n 60 procent, betreft hardware.

De grootste markt is China, waar dit jaar zo’n 46,9 miljard dollar wordt besteed, Azië zonder China en Japan staat met 25,1 miljard op de tweede plaats. De VS (17,5 miljard) en West Europa (14,4 miljard).

dinsdag 7 januari 2020

Via Kickstarter nu een robotkat bestellen

Met de dit jaar opnieuw gelanceerde robothond Aibo, die in 1999 al eerder zijn opwachting maakte, zijn robot-huisdieren weer terug van weggeweest. De mensen achter MarsCat zijn van mening dat ook een robotkat consumenten zal kunnen bekoren – gezien het succes op Kickstarter een prima inschatting.

Samsung-robotje Ballie is een assistent voor je slimme huis

Samsung heeft tijdens de techbeurs CES zijn robothulpje Ballie gepresenteerd, die gebruikers moet helpen in hun smart home. Tijdens de presentatie liep Samsung-topman H.S. Kim over het podium terwijl de ronde, gele Ballie hem volgde. Het camerasysteem kan mensen en dieren automatisch herkennen en volgen. Ook reageert het balletje met bliepjes op commando's van de gebruiker. Als Ballie geroepen wordt, rolt hij naar de uitgestoken hand van zijn eigenaar.

maandag 6 januari 2020

Robots moeten laadpalen vervangen in parkeergarage

Het prototype van de laadrobot die Volkswagen heeft ontwikkeld bestaat uit een compacte, zelfrijdende robot en een aantal mobiele powerbanks. Wanneer die volledig zijn opgeladen, hebben ze een energie-inhoud van ongeveer 25 kWh elk. Een laadrobot kan meerdere powerbanks tegelijkertijd verplaatsen. Via een app of zogeheten V2X-communication, een speciaal protocol waarmee ev's met andere apparaten kunnen communiceren, kan de automobilist verbinding zoeken met een robot in de parkeergarage. De robot rijdt dan een mobiel laadstation naar de auto en koppelt deze aan de auto.

donderdag 2 januari 2020

Uniqlo vervangt ook laatste dc-medewerkers door robots

Uniqlo vervangt ook laatste dc-medewerkers door robots. Uniqlo vervangt ook laatste dc-medewerkers door robots. Kledingketen Uniqlo heeft zijn distributiecentrum in Tokio volledig geautomatiseerd. Een robot die zachte items als T-shirts kan oppakken en in dozen kan leggen neemt de laatste taken die nog door mensen werden gedaan nu over. Het dc werd vorig jaar al voor het overgrote deel geautomatiseerd, waardoor negentig procent van het personeel zijn baan verloor

Duurzame Nederlandse robotoplossingen naar techbeurs Las Vegas

De Nederlandse startup Odd.Bot is door Techleap, de opvolger van StartupDelta, als 50e start-up een plek gegund op het Holland Tech Square tijdens de grootste mondiale technologiebeurs CES. Volgende week (7-10 januari) zal Odd.bot in Las Vegas zijn onkruidwiedende robot aan de wereld demonstreren. Daarnaast wordt een tweede innovatie gepresenteerd; Project.BB, een ‘Beach cleaning Bot’. Deze staat met een stand tegenover Holland Tech Square. Vanuit dit initiatief wordt een robot ontwikkeld die bijdraagt aan meer bewustwording rond zwerfafval op stranden en die gaat helpen de stranden schoon te houden.

“Voor Odd.Bot hebben we voor de beurs een miniatuuropstelling gemaakt, waarbij we middels een lopende band simuleren dat de robot over een akker rijdt en waarbij de robotarm het onkruid kort aanwijst. Dit om de complete oplossing - van herkenning door middel van het door ons getrainde beeldherkenningsalgoritme tot aan de mechanische bewerking -  te tonen”, aldus Martijn Lukaart, initiatiefnemer van Odd.bot en Project.BB.

Vanuit zowel Europa als de Verenigde Staten is er veel aandacht voor robotisering. Specifiek voor de landbouw is er veel interesse in de ontwikkeling van alternatieve vormen van gewasbescherming. De Europese Commissie zet in op het beperken van chemische onkruidverdelgers met daarin het werkzame bestanddeel Glyfosaat. In Amerika lopen er inmiddels al tienduizenden claims tegen de Duitse chemiegigant Bayer die eerder het Amerikaanse Monsanto had overgenomen. Deze is producent van Glyfosaat, waarvan is aangetoond dat er bij gebruik door mensen een verhoogde kans op kanker ontstaat. De beurswaarde is sinds de overname met 40% gedaald. Odd.Bot hoopt straks op de beurs partners en investeerders te vinden voor de doorontwikkeling van de meer duurzame robot.