Als kinderen die gedurende lange tijd met robots om gaan, ontwikkelen ze onvermijdelijk een relatie met hen. Mirjam de Haas (Radboud) onderzocht hoe deze relatie en betrokkenheid met de robot in de loop van de tijd kan veranderen door het gedrag van de robot.
Ze ontdekte wel dat kinderen de robot vóór een experiment meer als een mens zagen dan na het experiment. Vooral jongens gingen de robot na langere tijd meer als een computer zien. De verandering van perceptie kan komen doordat de kinderen vóór het experiment zeer hoge verwachtingen hadden, die de robot niet kon waarmaken, en dat daarom kinderen hun perceptie van de robot na het experiment bijstelden.