Delftse ‘dubbeldekkerdrone’ delftAcopter vliegt met slechts een propeller
Onderzoekers van de TU Delft hebben een nieuwe hybride drone ontwikkeld die opstijgt als een helikopter, 90 graden kantelt en verder vliegt als een vliegtuig. De drone gebruikt daarbij slechts één grote propeller, waardoor hij nauwelijks nog overbodige stuurvlakken aan boord heeft tijdens het vliegen. Het onbemande vliegtuigje, de ‘delftAcopter’, is daardoor bijvoorbeeld geschikt voor medische hulpverlening in moeilijk bereikbare gebieden. Van 27 t/m 29 september doet de drone mee aan de UAV Medical Express Challenge in Australië.
Het nieuwe onbemande vliegtuig stijgt op als een helikopter, kantelt dan in zijn geheel 90 graden en vliegt vervolgens horizontaal verder als vliegtuig. De ‘dubbeldekkerdrone’ heeft één hoofdrotor en twee kleine motoren op de vleugeltippen. De vernieuwing zit hem vooral in het gebruik van een staartloze dubbeldekker met slechts één helikopterpropeller, die tijdens het opstijgen, ‘hoveren’ én vliegen optimaal gebruikt wordt.
Door dit ontwerp wordt opstijgen en landen in een moeilijk gebied, bijvoorbeeld vanaf een boot, een stuk makkelijker. Onderzoeker Bart Remes van het Delftse MAVlab: ‘Verticaal opstijgen (of landen) en horizontaal verder vliegen is zeker niet nieuw, maar wel op deze elegante manier. Doordat de staart is weg gelaten en het vliegtuig slechts één dubbeldekker-vleugel heeft, kan het elegant rechtop blijven staan om te landen en op te stijgen.’
Het nieuwe onbemande vliegtuig stijgt op als een helikopter, kantelt dan in zijn geheel 90 graden en vliegt vervolgens horizontaal verder als vliegtuig. De ‘dubbeldekkerdrone’ heeft één hoofdrotor en twee kleine motoren op de vleugeltippen. De vernieuwing zit hem vooral in het gebruik van een staartloze dubbeldekker met slechts één helikopterpropeller, die tijdens het opstijgen, ‘hoveren’ én vliegen optimaal gebruikt wordt.
Door dit ontwerp wordt opstijgen en landen in een moeilijk gebied, bijvoorbeeld vanaf een boot, een stuk makkelijker. Onderzoeker Bart Remes van het Delftse MAVlab: ‘Verticaal opstijgen (of landen) en horizontaal verder vliegen is zeker niet nieuw, maar wel op deze elegante manier. Doordat de staart is weg gelaten en het vliegtuig slechts één dubbeldekker-vleugel heeft, kan het elegant rechtop blijven staan om te landen en op te stijgen.’
Door het ontwerp kan de delftAcopter, met 1,5 meter spanwijdte, stil in de lucht blijven hangen en tot wel 100 km per uur vliegen. Hij heeft een bereik van ruim 60 kilometer. Bovendien kan de lichte drone van ongeveer 4kg volledig elektrisch aangedreven een uur achter elkaar vliegen.
Het vliegen gebeurt overigens volledig autonoom. De drone heeft daarvoor onder meer GPS en de nieuwste on-board vision technieken. ‘De drone gebruikt de vision om zelfstandig een landingsplek te kiezen’, zegt Remes. ‘Zo zal hij volledig zelfstandig de meest veilige plek uitkiezen waar geen obstakels in de weg staan’.
De drone is ontworpen om ingezet te worden bij medische hulpverlening in moeilijk bereikbare gebieden. De drone wordt al snel op de proef gesteld, want het Delftse ontwerpteam neemt in Australië deel aan de UAV Medical Express Challenge (27-29 september), een belangrijke wedstrijd voor onbemande vliegtuigen, waar ze als een van de 11 finalisten aan deelneemt. In Queensland moeten de deelnemende teams een heel speciale opdracht zien te vervullen: het redden van de zieke Outback Joe.
De deelnemende teams krijgen (ongeveer) de locatie van Outback Joe, die zich zo’n 30 kilometer verderop bevindt. De drone moet Joe zelf vinden, en vervolgens zo dicht mogelijk bij hem landen, maar niet dichterbij dan 30 meter. Joe moet het bloedsample afgeven aan de drone, die het mee terugneemt naar de basis voor medische analyse. En dat alles binnen een uur.
Remes: ‘De opdracht draait om het ‘redden’ van een persoon in een overstroomd gebied in Queensland. Outback Joe voelt zich niet lekker, en na overleg met zijn dokter is besloten om snel een bloedsample af te nemen en te onderzoeken. Joe kan zelf een sample nemen. De uitdaging voor ons is om dit sample snel naar een laboratorium te krijgen.
De deelnemende teams krijgen (ongeveer) de locatie van Outback Joe, die zich zo’n 30 kilometer verderop bevindt. De drone moet Joe zelf vinden, en vervolgens zo dicht mogelijk bij hem landen, maar niet dichterbij dan 30 meter. Joe moet het bloedsample afgeven aan de drone, die het mee terugneemt naar de basis voor medische analyse. En dat alles binnen een uur.
Geen opmerkingen: